De weg vragen
Door: luusgies
Blijf op de hoogte en volg Giselle
02 Augustus 2010 | Namibië, Uis
We verlaten de kuststad om naar Uis te rijden. Eerst tanken we nog even bij Total en voelen ons daarna bedonderd. Want we beseffen ineens dat we wel erg veel hebben betaald. Namelijk N$ 400 en zoveel benzine hadden wij helemaal niet nodig. Ik was in de auto bezig en zat niet op te letten. Waarom zou ik ook? En Lucien stond gezellig buiten te kletsen met één van die gasten. Werd hij bewust aan de praat gehouden? Ach, leermoment en onze ramen zijn weer schoon en olie is ook nog gecheckt. Op weg dan maar. Onderweg willen we Cape Cross aandoen, maar we twijfelen. Daar ligt de grootste kolonie pelsrobben van Namibië, nl. tussen de 200.000 en 400.000 stuks. Gisteren hebben wij er zo’n 20.000 gezien bij Pelican Point in Walvisbaai en vragen ons af of het dan wel de moeite waard is om 90 km extra te rijden. Meer is daar schijnbaar niet te beleven en of je nou 20.000 of 200.000 ziet….Uiteindelijk besloten we bij Henties Bay direct de afslag richting Uis te nemen. Naarmate de rit vordert verdwijnen de wolken van Swakopmund en wordt het warmer. Landschap verandert van heel saai vlak en plat naar de savannes zoals wij die vaker in Afrika hebben gezien. Graslanden met zo hier en daar groene struiken. Maar dan zijn we al bijna in Uis. Langs de kant nu regelmatig een soort kraampjes waar ze stenen proberen te verkopen aan voorbijrijdende toeristen. Veel meer rijdt er ook niet ;-) In Uis volgend twijfelgevalletje. Ons hoteloverzicht vertelt ons dat wij in White Lady B&B verblijven, de routebeschrijving wat wij ontvangen hebben zegt dat wij naar de voet van de Brandberg moeten rijden voor de Brandberg White Lady Lodge. We gaan voor het laatste. Een hele mooie tocht richting de hoogste punt van Namibië, maar daar aangekomen blijken we toch verkeerd te zitten. Hier hebben wij geen reservering. We nemen maar een drankje en wat te eten. Lucien heeft de aandacht van Alexander, de huis springbok, en dan maar terug. Geen straf om hier te moeten terugrijden. Maar het is wel 68km voor niets. Gelukkig maar 68km! Met de enorme afstanden hier kan je het slechter treffen. Uis is een dorpje van weinig wat gebouwd werd omdat hier een tinmijn was. Nu is dat gesloten en moeten ze het vooral van toeristen hebben op doorreis. En dat is ook waar wij het voor gebruiken, want verder doen en kunnen we niets. De White Lady rotsschildering, een toeristische trekpleister, boeit ons niet echt. We nemen een duik in het zwembad om af te koelen (ook gezelschap gekregen van een groep motorrijders), lezen wat en werken ons dagboek bij. ’s Avonds eten we bij het enige restaurantje, nadat wij een stuk terug zijn gereden om te kijken of wij een mooie zonsondergang kunnen scoren. Dat was niet veel bijzonders. Morgen maar vroeg op pad om op tijd in Twijfelfontein te zijn en daar wat leuks te gaan doen.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley